OpenAI's megadeal van $300 miljard met Oracle | Waarom Elon Musk niet langer de rijkste man is | Een strategische zet tegen Microsoft
De nieuwe AI-goudkoorts in menselijke expertise & de $1 podcastfabriek
Elon Musk is niet langer de rijkste man ter wereld. Hij is ingehaald, niet door een concurrent met een flitsende nieuwe auto of raket, maar door de 81-jarige oprichter van een ‘saai’ B2B-bedrijf: Oracle.
De reden is een deal van $300 miljard met OpenAI, die de machtsbalans in de tech-wereld verschuift. Het toont aan dat de race in AI niet wordt gewonnen met slimme software alleen, maar met de controle over de peperdure fysieke infrastructuur eronder.
In deze editie:
Waarom OpenAI’s miljardendeal met Oracle een strategische afrekening is met Microsoft
De nieuwe AI-goudkoorts: waarom specialistische menselijke kennis nu meer waard is dan data
De podcastfabriek van $1 en de economische grenzen van AI-content
Het einde van de gratis lunch: hoe de rekening voor AI-trainingsdata eindelijk wordt gepresenteerd
De $300 miljard gok die Elon Musk van de troon stootte
Elon Musk is niet langer de rijkste man ter wereld. Hij werd deze week voorbijgestreefd door Larry Ellison, de 81-jarige oprichter van Oracle. Hoe dan? Niet met een flitsende nieuwe gadget of een virale marketingstunt, maar met een deal die de tech-wereld doet opschudden.
OpenAI, het bedrijf achter ChatGPT, heeft bevestigd dat het voor een duizelingwekkende $300 miljard aan computerkracht gaat inkopen bij Oracle. Dit is niet zomaar een aankoop; het is een van de grootste cloudcontracten ooit en de directe aanleiding voor de explosieve stijging van het Oracle-aandeel. Een stijging die Ellison in één klap $101 miljard rijker maakte, volgens de Billionaires Index van Bloomberg.
Deze deal is veel meer dan een getal met elf nullen. Tot voor kort was OpenAI bijna synoniem met Microsoft, dat miljarden investeerde en de exclusieve leverancier was van de cloud-infrastructuur via Microsoft Azure. Die tijd is voorbij. Door nu ook massaal in te kopen bij Oracle en zelfs bij concurrent Google, laat OpenAI zien dat het weigert zich in een hoek te laten drijven. Het is een keiharde strategische zet om vendor lock-in te voorkomen en de techreuzen tegen elkaar uit te spelen voor de beste prijs en technologie.
Wat betekent deze titanenstrijd concreet voor jou als ondernemer of professional?
De échte kosten van AI zijn fysiek. De $300 miljard is geen softwarelicentie; het is de huur van gigantische, energieslurpende datacenters. De AI-race wordt niet gewonnen met slimme algoritmes alleen, maar met brute rekenkracht. Voor de meeste Nederlandse bedrijven betekent dit dat het bouwen van een eigen fundamenteel model een kansloze missie is. De échte kans ligt in het slim en niche toepassen van de modellen die deze giganten bouwen.
De 'picks and shovels' economie draait op volle toeren. Tijdens de goudkoorts werden niet de goudzoekers het rijkst, maar de mensen die schoppen en spijkerbroeken verkochten. We zien nu hetzelfde. Eerst was het NVIDIA met de chips, nu is het een 'saai' B2B-bedrijf als Oracle dat de hoofdprijs wint. De waarde verschuift naar de enablers van AI. De kansen voor ondernemers liggen dus steeds meer in de ondersteunende diensten: van data-optimalisatie tot gespecialiseerde software die deze peperdure cloud-infrastructuur efficiënter maakt.
Diversificatie is geen optie, maar een noodzaak. De belangrijkste les van OpenAI's actie is strategische onafhankelijkheid. Door te strategisch te diversificeren dwingen ze betere voorwaarden af en spreiden ze hun risico. Voor elk bedrijf dat serieus met AI aan de slag gaat, is dit een blauwdruk: bouw je strategie niet rond één enkele provider. Of het nu OpenAI, Google of een ander is, zorg dat je flexibel blijft.
Toch is er een flinke ‘maar’. De beurskoers van Oracle explodeert op basis van toekomstige inkomsten van één klant die nog geen cent winst heeft gemaakt. OpenAI verbrandt naar verluidt $115 miljard aan cash tot 2029. Analisten spreken al over een sfeer die doet denken aan de dotcom-bubbel van 1999. Oracle zet zijn hele toekomst op het spel, gokkend dat de AI-hype niet alleen aanhoudt, maar ook extreem winstgevend wordt voor OpenAI.
Als dat niet gebeurt, klapt het kaartenhuis spectaculair in elkaar. De ironie? Terwijl Oracle honderden miljarden aan toekomstige contracten viert, heeft het bedrijf dit jaar ook gewoon medewerkers ontslagen om kosten te besparen. Een pijnlijk signaal over waar de prioriteiten liggen.
De kern van dit verhaal is een strategische herpositionering. De macht van Microsoft over OpenAI neemt af en de kosten voor de onderliggende AI-infrastructuur exploderen. Voor Nederlandse ondernemers is de boodschap tweeledig: concurreer niet op brute rekenkracht, maar op slimme toepassing. En bouw vanaf dag één aan een strategie die je onafhankelijk houdt van de grillen van één enkele techgigant.
De Nieuwe AI-Goudkoorts: Menselijke Expertise
Terwijl de wereld zich blindstaart op de magie van AI-modellen, wordt de échte goudkoorts gewonnen met een verrassend menselijke troef: diepgaande, specialistische kennis.
Het schoolvoorbeeld is Mercor, een startup die op het punt staat een waardering van $10 miljard aan te tikken. Wat verkopen ze? Geen flitsende software of een eigen AI-model. Ze zijn een soort hypermodern uitzendbureau dat AI-labs als OpenAI, Meta en Tesla koppelt aan artsen, wetenschappers, advocaten en andere domeinexperts. Hun taak: de AI-modellen trainen en verfijnen.
De groei is absurd. In februari rapporteerde Mercor een jaaromzet van $75 miljoen. Nu, amper een half jaar later, is dat bijna $450 miljoen. Het bedrijf, opgericht door een paar twintigers en Thiel Fellows, laat zien waar het échte geld momenteel zit in de AI-keten.
De reden is simpel. De grootste AI-modellen hebben de grenzen bereikt van wat ze kunnen leren van het vrij toegankelijke internet. Om echt beter te worden, hebben ze geen bulkdata meer nodig, maar kwalitatieve feedback van mensen die er echt verstand van hebben. Een AI die medische rapporten samenvat, moet gecorrigeerd worden door een arts, niet door een willekeurige datalabeler. Dit proces, bekend als reinforcement learning met menselijke feedback, is de nieuwe heilige graal.
Wat maakt dit vooral interessant voor ondernemers?
De échte winst zit in de ‘picks & shovels’. Net als in de oude goudkoorts, werd niet iedereen rijk van het vinden van goud. De slimste ondernemers verkochten de schoppen en pikhouwelen. Mercor verkoopt de 'menselijke intelligentie-schep' aan de AI-goudzoekers. Dit is een klassiek businessmodel dat bewijst dat je niet altijd zelf het meest complexe product hoeft te bouwen om te winnen.
Jouw niche-expertise is nu een product. Voor consultants, zzp'ers en gespecialiseerde bureaus opent dit een compleet nieuwe markt. Jouw diepgaande kennis van de Nederlandse wet, fiscaliteit of chemische processen is goud waard voor bedrijven die AI-modellen voor die specifieke markten willen trainen. Je kunt je kennis niet alleen meer verkopen aan klanten, maar ook direct aan de machines die de toekomst vormgeven.
Datakwaliteit is je nieuwe concurrentievoordeel. Voor ieder bedrijf dat AI wil inzetten, is de boodschap duidelijk. Zomaar een GPT-4o-integratie bouwen is een commodity. Het verschil maak je met je eigen, unieke dataset die is verfijnd en gevalideerd door jouw beste mensen. De kwaliteit van je human-in-the-loop proces wordt de slotgracht om je bedrijf.
Maar het is natuurlijk niet allemaal rozengeur en maneschijn. De concurrentie is moordend. Bedrijven als Surge AI jagen naar verluidt op een waardering van $25 miljard en de gevestigde speler Scale AI heeft Mercor zelfs aangeklaagd voor het stelen van bedrijfsgeheimen. Dit is een bikkelharde markt.
Bovendien is er een belangrijke kanttekening bij die omzet van $450 miljoen. De CEO van Mercor gaf zelf toe aan TechCrunch dat dit bedrag de totale som is die klanten betalen, dus inclusief de vergoedingen voor de ingehuurde experts. Het is dus geen pure bedrijfsomzet. Daarnaast is de afhankelijkheid van een paar giganten als OpenAI een enorm risico. Wat als zij besluiten om dit zelf te gaan opbouwen?
De kern is simpel: de bottleneck voor slimmere AI is niet langer rekenkracht of data, maar de toegang tot schaarse, hoogwaardige menselijke expertise. Dit creëert een enorme, winstgevende markt voor diensten die deze expertise kunnen ontsluiten.
Voor Nederlandse ondernemers is dit een signaal dat diepgaande domeinkennis niet wordt weggeautomatiseerd, maar juist de brandstof is voor de volgende generatie AI. Investeren in menselijk talent is de meest concrete AI-strategie die er is.
De $1 Podcastfabriek
Stel je voor dat je 3.000 podcastafleveringen per week kunt produceren. De kosten? Eén dollar per stuk. Dit is geen gedachte-experiment, maar de realiteit van Inception Point AI, een nieuwe startup die de contentwereld op zijn kop zet.
Het bedrijf, geleid door Jeanine Wright, de voormalige COO van podcastgigant Wondery, heeft een model gebouwd dat het hele productieproces automatiseert. AI schrijft de scripts, genereert de stemmen, en doet de montage. Vier medewerkers overzien een output die normaal een klein leger aan producers, editors en hosts zou vereisen.
De visie van Wright is even ambitieus als verontrustend: "We geloven dat in de nabije toekomst de helft van de mensen op de planeet AI zal zijn, en wij zijn het bedrijf dat die mensen tot leven brengt." Ze creëren nu al een stal van zo'n 50 AI-persoonlijkheden, zoals voedselexpert Claire Delish en tuinier Nigel Thistledown, die als hosts fungeren en op termijn moeten uitgroeien tot volwaardige influencers.
Wat dit betekent voor jou als ondernemer is direct en ingrijpend. De economische drempel om content te maken is in feite verdampt.
Hyper-niche marketing wordt een fluitje van een cent. Altijd al een dagelijkse podcast willen maken voor een extreem specifieke doelgroep, zoals Nederlandse bakkers die zich specialiseren in zuurdesem? Voorheen onbetaalbaar, nu een kwestie van een druk op de knop. De mogelijkheid om elke denkbare niche te bedienen met op maat gemaakte audio-content is een compleet nieuw marketinginstrument.
Een nieuwe kijk op SEO. Inception Point AI kiest onderwerpen op basis van trends op Google en sociale media. De titels van hun shows zijn vaak simpele zoektermen. Dit is een strategische zet: ze gebruiken audio niet alleen om te entertainen, maar ook om de zoekresultaten te domineren en organisch verkeer aan te trekken.
De business case is absurd. Dankzij programmatic advertising is een aflevering al winstgevend na slechts 20 luisteraars. Dit maakt het mogelijk om op grote schaal te experimenteren zonder financieel risico. Je kunt honderden verschillende formats en onderwerpen testen om te zien wat aanslaat, zonder dat het je kapitaal kost.
Toch is er een flinke adder onder het gras. Luisteraars die de AI-shows ontdekken, noemen het in reviews al 'AI slop', oftewel AI-rommel. De content mist de authenticiteit, de emotionele diepgang en de onvoorspelbaarheid die een menselijke host met zich meebrengt. Het bedrijf zelf doet er niet geheimzinnig over, maar meldt pas aan het begin van een show dat de host een AI is. Wright wuift de kritiek weg en noemt critici “luie luddieten”. Het legt een diepe breuk bloot: de frictie tussen maximale efficiëntie en menselijke verbinding.
Voor ondernemers ligt hier het grootste risico. De vraag is niet langer of je op deze schaal content kunt maken, maar of je het moet willen. Een overvloed aan zielloze, generieke content kan je merk meer schade toebrengen dan helemaal geen content. De verleiding om de productie volledig uit te besteden aan AI is groot, maar de kans op reputatieschade is reëel als de kwaliteit niet voldoet of als je publiek zich bedrogen voelt.
De kern is dat de waarde van content verschuift. De productie zelf wordt een commodity. Het onderscheidend vermogen zit voortaan in de strategie, de creativiteit, en de unieke menselijke visie die de AI aanstuurt. Voor Nederlandse ondernemers betekent dit dat de focus moet liggen op het ontwikkelen van een sterke merkstem en originele ideeën. De AI is slechts het gereedschap om die visie op te schalen.
De rekening voor AI wordt eindelijk gepresenteerd
De AI-industrie heeft een onstilbare honger naar data. Jarenlang was het internet een gratis, all-you-can-eat buffet. Maar de rekening begint nu binnen te druppelen, in de vorm van miljardenclaims. De recente schikking van Anthropic voor $1,5 miljard is slechts het topje van de ijsberg. Voor iedereen was duidelijk: dit Wilde Westen van data-scraping is onhoudbaar.
Een groep veteranen uit de tech-wereld, waaronder een van de bedenkers van de RSS-standaard, komt nu met een poging om orde in de chaos te scheppen. De naam: Real Simple Licensing (RSL). Het idee is even simpel als doeltreffend: een open standaard waarmee websites en contentmakers in hun robots.txt-bestand kunnen vastleggen onder welke voorwaarden AI-bedrijven hun data mogen gebruiken.
Het is in feite een robots.txt op anabolen. In plaats van een simpel 'ja' of 'nee' tegen webcrawlers, kunnen uitgevers nu specifieke, machineleesbare licenties aanbieden. Denk aan een vast abonnementsgeld, een vergoeding per gescrapete pagina, of zelfs een 'pay-per-inference' model, waarbij je betaald krijgt als een AI-model jouw informatie gebruikt om een antwoord te genereren.
Om dit af te dwingen, is er naast de technische standaard ook een non-profit organisatie opgericht: de RSL Collective. Deze organisatie functioneert als een soort Buma/Stemra voor het internet, die namens aangesloten uitgevers collectief kan onderhandelen over licenties en royalty's kan innen.
Wat dit extra interessant maakt, is de onmiddellijke steun van een paar zwaargewichten. In een gezamenlijk persbericht kondigden onder meer Reddit, Yahoo, Medium, Quora en People Inc. aan dat ze de standaard omarmen. Steve Huffman, de CEO van Reddit, stelt het helder: “De RSL-standaard geeft uitgevers een duidelijke, schaalbare manier om licentievoorwaarden vast te stellen in het AI-tijdperk.”
Voor Nederlandse ondernemers en contentmakers betekent dit een aantal concrete verschuivingen:
Een potentiële nieuwe inkomstenbron. Ieder bedrijf met unieke en waardevolle content, of het nu een nieuwsarchief, een niche forum of een database met specialistische kennis is, krijgt een gestandaardiseerde manier om die content te gelde te maken. De goudkoorts is niet langer voorbehouden aan de bouwers van de AI-modellen, maar verschuift ook naar de eigenaren van de 'grondstof'.
Data wordt een strategisch bezit. De tijd dat bedrijfsdata, artikelen en gebruikerscontent gezien werden als gratis brandstof voor andermans algoritmes, is voorbij. RSL formaliseert de status van data als een verhandelbaar goed. Dit dwingt bedrijven om hun data niet alleen te beschermen, maar ook actief te waarderen en te beheren als een potentiële asset op de balans.
Kwaliteit boven kwantiteit. Als AI-bedrijven moeten gaan betalen, worden ze kieskeuriger. De waarde van generieke, laaggekwalitatieve datasets zoals de Common Crawl zal afnemen. Tegelijkertijd zal de vraag naar geverifieerde, unieke en hoogwaardige data, waarin specialistische Nederlandse bedrijven juist kunnen uitblinken, fors toenemen.
Maar wat is de 'catch'? De effectiviteit van Real Simple Licensing (RSL) staat of valt met de bereidheid van de AI-giganten zoals OpenAI, Google en Microsoft om mee te spelen. Jarenlang hebben zij geprofiteerd van de gratis lunch en ze zouden ervoor kunnen kiezen de nieuwe regels simpelweg te negeren, net zoals sommige bots nu al robots.txt-bestanden negeren. De handhaving door het RSL Collective is een belofte, maar een juridisch gevecht tegen een bedrijf met een marktwaarde van drie biljoen dollar is geen fluitje van een cent. Bovendien is het technisch bewijzen dat jouw specifieke data is gebruikt voor een bepaalde AI-output een complex en nog grotendeels onopgelost probleem.
De kern is dat de dagen van het onbeperkt en kosteloos leeghalen van het internet voorbij zijn. RSL is de eerste serieuze, door de industrie gedragen poging om een marktplaats te creëren waar die voorheen niet bestond. Voor Nederlandse bedrijven met intellectueel eigendom is dit hét signaal om de eigen data te inventariseren en te waarderen. Voor gebruikers van AI is het een voorbode dat de onderliggende kosten van generatieve AI transparanter, en waarschijnlijk hoger, zullen worden.
The Shortlist
Perplexity haalt op $200 miljoen tegen een waardering van $20 miljard, waarmee de AI-zoekmachine de concurrentiestrijd met Google in de markt voor 'answer engines' verder opvoert.
Anthropic voegt toe een 'web search' tool aan zijn API, waardoor applicaties die op Claude draaien nu toegang hebben tot actuele informatie met bronvermelding, een cruciale functie voor zakelijke tools die up-to-date data vereisen.
Box introduceert het Box Automate-platform, waarmee bedrijven AI-agenten kunnen inzetten voor complexe workflows met ongestructureerde data, zoals contractanalyses en het beheer van marketingmateriaal.